Welbevinden Kwetsbaarheid

Kwetsbaarheid

Vier op de tien Zeeuwse jongeren ervaren (zeer) vaak stress

Sommige jongeren zijn kwetsbaarder dan anderen. Ze hebben een extra steuntje nodig om lekker in hun vel te zitten of om te kunnen gaan met anderen. Als jongeren lang blijven rondlopen met nare gevoelens en dit niet wordt gezien, kan dit leiden tot psychosociale problemen.

Indicatie voor psychosociale problematiek

De psychische gezondheid is gemeten met de Strengths and Difficulties Questionnaire (SDQ), een internationaal gebruikte lijst, die ook in de jeugdgezondheids-zorg wordt gebruikt. Van de Zeeuwse leerlingen heeft 13% een verhoogd risico op psychosociale problemen. Bij meisjes ligt dit percentage hoger dan bij jongens: 16% versus 10%.

Verder valt op dat hoe lager het onderwijsniveau, hoe hoger het percentage leerlingen met een verhoogd risico op psychosociale problemen (zie figuur 1). Zo heeft 17% van de VMBO-bk leerlingen een verhoogd risico, bij VWO leerlingen is dit 9%.

Stress

De jongeren is gevraagd of ze stress ervaren door onder andere school of de thuissituatie. Ruim vier op de tien Zeeuwse jongeren (42%) voelen (zeer) vaak stress. Dit percentage ligt iets lager dan gemiddeld in Nederland (44%). Waar krijgen jongeren stress van? Zelf noemen ze veelal school of huiswerk (30%) en alles wat ze moeten doen (21%) (zie figuur 2) als mogelijke oorzaken.

Meisjes ervaren meer stress dan jongens en hoe ouder de leerlingen hoe meer stress ze ervaren (zie figuur 3). Zo ervaart 57% van de meisjes in klas 4 (zeer) vaak stress in vergelijking met 29% van de jongens in klas 2.

 

Verder valt op dat leerlingen van de hogere onderwijsniveaus meer stress ervaren dan leerlingen van lagere onderwijsniveaus (zie figuur 4).

Eenzaamheid

Van de Zeeuwse jongeren ervaart 8% (regelmatig) gevoelens van eenzaamheid. Bij VMBO-bk leerlingen is het percentage eenzame jongeren 11% en bij de andere leerlingen is dit 6 of 7% (zie figuur 5).

Suïcidegedachten

Ongeveer twee op de tien Zeeuwse jongeren (22%) heeft in het afgelopen jaar wel eens serieus over gedacht een eind aan het leven te maken. Bij leerlingen van het VWO ligt dit percentage lager dan bij leerlingen van de andere onderwijsniveaus. Zo heeft 18% op VWO hier wel eens serieus over nagedacht in vergelijking met 20% op HAVO, 23% op VMBO-gt en 25% op VMBO-bk.

Opvallend is het verschil tussen jongens en meisjes en klas 2 en 4 (zie figuur 6). Het percentage is het hoogst bij meisjes in klas 2: 31%. Bij jongens ligt dit percentage een stuk lager en zien we geen verschil in leeftijd: 17% van de jongens in klas 2 en 15% in klas 4 heeft wel eens suïcidegedachten.